We saw a bear!!!
We verlaten Banff en reizen verder richting Jasper, via de beroemde Icefields Parkway. Het is 8 graden, bewolkt, maar hier en daar breekt de zon door, net genoeg om alles een tikkeltje mystiek te laten lijken.
De rit zou zo’n drie uur duren, zeggen ze. Maar met al die uitzichten, fotomomenten en spontane “wow, stop!”-momenten doen wij er uiteindelijk vijf uur over. En eerlijk? Geen minuut te veel.



Maar er is ook een maar.
Op 22 juli 2024 sloeg de bliksem drie keer in, wat bosbranden veroorzaakte. Het was warm, droog en winderig. Een gevaarlijke combinatie want binnen twee dagen smolten de brandhaarden samen tot één gigantische vuurzee. Wat volgde, was een ramp.
Een natuurramp van buitenproportionele omvang.
Pas op 7 september kregen hulpdiensten het vuur onder controle.
32.722 hectare natuur ging verloren.
Een deel van het nationale park, inclusief stukken van Jasper Townsite, werd in as gelegd.
En dat zie je. Zodra je het park binnenrijdt, verandert het landschap. Kilometers aan zwarte, verkoolde boomstammen tekenen de heuvels.
Het is schokkend om te zien hoeveel schoonheid in zo’n korte tijd verloren kan gaan. Maar ondanks dat de landschap diepe sporen van verwoesting laat zien, begint er nieuw leven. Fris groene grassprieten, jonge dennetjes, bloemen… allemaal soorten die weten hoe ze moeten terugkomen na vuur.
Dit is het eco-systeem.
Wat verwoest lijkt, blijkt juist vruchtbaar.
De dieren keren terug: elanden, herten, beren…
Ze begint gewoon opnieuw. De natuur redt zichzelf.
Onderweg stoppen we bij het Columbia Icefield, waar je de immense gletsjer kunt bewonderen die langzaam zijn ijstong terugtrekt. Daarna maken we korte uitstapjes naar Sunwapta Falls en Athabasca Falls. Allebei krachtig, indrukwekkend en perfect om even stil van te worden.


We rijden verder!
Tot ineens… Adriaan in de verte een auto langs de kant ziet staan.
“Waarom staan ze daar stil?” vraagt hij.
We komen dichterbij.
En dan… warempel… een beer!
Zeth gilt bijna van opwinding. “OMG!!!”
De gevarenlichten gaan aan. Raam omlaag. Camera paraat. Klik klik klik.
Foto’s zijn gemaakt voorzover ze gelukt zijn want het gaat zo snel…
De beer loopt langs de berm en steekt de weg over. Alsof hij weet dat hij de show steelt. Maar hij laat zich niet lang zien.
Maar hé… we hebben een beer gezien.
A Black Bear.
CHECK!


Nog vol adrenaline van de black bear zien we in de verte opnieuw auto’s langs de kant staan. Zou het weer…? En ja hoor… viervoeters steken rustig de weg over.
Bighorn Sheeps.
Alsof ze het weten, stoppen ze bij een waterval, precies goed voor een fotomoment. Ze kijken even op, poseren bijna, en gaan dan weer hun gang.
Adembenemend.
Wat is de natuur hier toch ongelofelijk schoon, wild en… precies goed.



We rijden verder naar onze volgende slaapplek: Jasper – Overflow, een campground waar we voor drie nachten hebben boekt. Bij aankomst voelen we het meteen: hier hangt een gek sfeertje. Het terrein is kaal, rommelig, geen boom of struik te bekennen. Geen gezelligheid, geen knusheid.
Behalve de bergen om ons heen is hier weinig inspirerends aan.
Als Adriaan terugkomt van het toilet, zegt hij: “Zeth… dit ga jij écht niet leuk vinden. Geen douches. En de wc… is een dixie.”
De sfeer zakt als een plumpudding in elkaar.
Moeten we hier drie nachten blijven…?
We maken wat te eten, maar zeggen niet veel.
“Aad?” vraagt Zeth uiteindelijk. “Doet dit wat met je humeur?”
“Ja…” zegt Adriaan eerlijk. “Ik vind het niet erg dat het primitief is, maar een dixie als toilet… dat is wel echt afzien. Maar ja… daar is de prijs ook naar.”
We besluiten het erop te wagen: we rijden naar Whistlers Campground, midden in het nationale park, en vragen of er misschien een annulering is voor de komende drie dagen.
En ja hoor… geluk is met de dommen.
Er is plek. Niet drie nachten op dezelfde plek, maar dat maakt ons helemaal niks meer uit.
Moose Lake Magic
Om 6:30 gaat de wekker.
Vandaag staat Lake Maligne op de planning. En omdat de Baedeker deze uitstap twee sterren geeft, de hoogste waardering, liggen onze verwachtingen hoog.
Ook hebben we van Adriaans collega Anja gehoord dat je hier veel wildlife kunt spotten.
Adriaan is vandaag de chauffeur. We hopen namelijk veel wildlife te spotten onderweg, en laat Zeth nou net niet de kalmste zijn als er ineens een eland of beer de weg oversteekt. Vol in de ankers, paniek in de camper. Jullie weten inmiddels hoe dat gaat…
We maken een eerste stop bij Medicine Lake. Op het eerste gezicht lijkt het gewoon een bergmeer zoals zovelen hier. Maar schijn bedriegt. Dit is een zogeheten ‘verdwijnend meer’. In de zomer lijkt het vol, maar langzaam sijpelt het water via ondergrondse grotten en tunnels weg. In de herfst is het soms bijna helemaal droog. Geen wonder dat de locals het mysterieus noemen.

We staan op een rotsrand, starend over het water, als we ineens gepiep horen uit een stapel stenen.
Zeth spitst zijn oren.
Ja hoor… wildlife, again!
Tussen de keien verschijnt een Hoary Marmot, een bol pluizig beest van maar liefst 80cm en met een nieuwsgierige snuit. Hij kijkt ons aan alsof hij weet dat hij fotogeniek is.
Klik. Foto. Check.
Wat een prachtig dier.



We stappen weer in onze trouwe Dinette en rijden verder. En 200 meter verderop zien we weer een rij stilstaande auto’s.
Dat betekent maar één ding… Yep… Wildlife!
Een Bald Eagle!
Wauw.
We zijn onder de indruk.


We komen aan bij Maligne Lake.
En ja… het is prachtig. Echt waar. Maar Zeth vraagt zich hardop af waarom dit nou precies twee sterren heeft gekregen. Het is natuurlijk wel bijzonder: het op één na grootste meer ter wereld dat volledig uit smeltend gletsjerwater bestaat. Maar… daar houdt het eigenlijk ook wel mee op.
Je kunt hier zelfs een boottocht maken, voor $140 per persoon, om dichter bij de bergen te komen. Alleen… als je bedenkt dat we vanochtend nog helemaal geen bergen zagen door de wolken, dan weet je ook: weg geld. En er staat een lange rij…


Nee nee… het heeft niks te maken met de zuinigheid van Zeth. We kiezen gewoon verstandig.
Wij gaan wandelen.
We besluiten de Moose Loop te lopen: een korte luswandeling van 2,5 km langs Moose Lake. Zoals de naam al doet vermoeden, zou je hier elanden kunnen spotten. Tenminste… dat is het idee.
Dus: jas aan, berenspray mee, en wandelen maar!
Zeth is bij elk takje dat kraakt meteen op scherp.
Hij is alert én lichtelijk panisch.
Sinds hij een Rocky Mountain Wildlife-zakgids heeft gekocht, is hij ervan overtuigd dat ál die dieren achter hem aan zitten.
Als we andere wandelaars voor en achter ons zien lopen, ontspant hij een beetje.
“Zo worden wij in ieder geval niet als eerste aangevallen,” fluistert hij tegen Adriaan.
We naderen Moose Lake als we mensen horen zeggen:
“There is a moose in the lake.”
Zeth denkt met zijn autistische brein: duhhh… daarom heet het toch Moose Lake?
Maar zo vanzelfsprekend is het niet, moeder natuur doet wat ie wil!
We versnellen onze pas. Bij het meer staat al een groep mensen muisstil.
En ja hoor… in de verte, daar is hij. Een moose. Midden in het water.
We pakken onze verrekijker.
Wat een gigantisch dier.
Met zijn machtig gewei duikt hij onder, en als zijn kop weer boven water steekt, slingert hij zijn gewei omhoog zoals een zeemeermin haar haren uit het water zwiert.
Prachtig.
We zijn er letterlijk stil van.


Na deze bijzondere wildlife-belevenis sluiten we ons bezoek aan Maligne Lake af met een welverdiende lunch.
Even zitten. Nagenieten.
Met knikkende knieën
Voor wie het wil weten: Zeth is over zijn jetlag heen.
We hebben heerlijk uitgeslapen, en met uitslapen bedoelen we: tot 8 uur in bed.
Vandaag doen we het rustig aan. Het is fris, nevelig en de zon laat zich vandaag niet zien.
Maar Zeth? Die heeft de zomer in z’n bol.
Na dagen in trui en lange broek staat hij vandaag in sporttenue klaar voor… ja, wat eigenlijk?
Maar goed, zelf weten.
Na een bezoek aan het visitor centre hebben we ons plan voor vandaag aangepast. Mount Edith Cavell is namelijk gesloten door de brand van vorig jaar.
Dus staan er drie activiteiten op het programma.
We beginnen bij het Jasper Yellowhead Museum & Archives voor een vleugje lokale geschiedenis.
Het museum geeft een inkijkje in Jasper’s verleden, van de oorspronkelijke bewoners tot de eerste ontdekkingsreizigers. Je vindt er oude kano’s, gereedschap, historische foto’s en opgezette dieren.
We stonden na een halfuurtje weer buiten. Niet per se bijzonder, maar ach… de entree is gratis (op donatiebasis), dus geen centje pijn.

Zeth scoort bij de uitgang nog een Animal Tracks-zakgids, waarmee je op basis van voetafdrukken en poepjes kunt zien welk dier er langs is geweest.
Superhandig! Vindt hij zelf.
Onze volgende bestemming ligt op slechts 5 kilometer van Jasper, pal onder de iconische Pyramid Mountain: Pyramid Lake.
We maken een korte wandeling via het loopbruggetje naar Pyramid Island.


Zeth maakt nog even gebruik van zijn zakgidsen en daarna gaan we lunchen op twee rode stoelen, de beroemde Park Canada stoelen, op een steiger boven het water.


The view is viewing.
Weer zo’n moment waar geen lunchroom ooit aan kan tippen.
Onze laatste activiteit in Jasper: de Old Fort Trail.
Slechts een paar minuten rijden ten oosten van Jasper Townsite.
Vanaf de parkeerplaats begint het meteen goed, een houten trap voert ons de berg op. Het is een flinke klim, maar nog goed te doen.
Tot we boven komen… dan begint het pas écht.
We stijgen verder over smalle paadjes langs rotsranden. Zeth begint te trillen op zijn benen. Geen held in klimmen, dat weten we. Maar hij zet door.
Adriaan moedigt aan:
“Kom op! Je kan het!”

Halverwege is het genoeg. Zeth zakt door zijn knieën en wil zittend terug naar beneden.
“Hop, recht die benen!” roept Adriaan.
Zeth wordt boos. En in die boosheid vergeet hij zijn angst. Als een ware berggeit klimt hij de rotsen op.
En jawel… we bereiken een plateau. Tijd om te ademen.
Adriaan geniet van het uitzicht. De panorama over Jasper en de Athabasca River is adembenemend. Hij maakt foto’s van de omgeving.

Maar waar is Zeth?
Adriaan kijkt om zich heen…
En daar is ons berggeitje. Verderop. Klimmend over de rotsrand, met knikkende knieën op weg naar het hoogste punt.
“We zijn niet helemaal naar Canada gekomen om half werk te leveren,” roept Zeth met een grijns.
Als we de top bereiken, voelen we het allebei: overwinning. We did it!



De terugweg? Die duurt… ehm… iets langer.
Voorbijgangers moeten lachen om Zeth, maar geven hem netjes de ruimte.

Adriaan maakt onderweg nog foto’s van versteend hout in het gesteente en wildflowers die bloeien tussen de verbrande bomen.
Indrukwekkend hoe de natuur zich hier langzaam herstelt.
Zelfs op de zwarte grond groeit weer iets nieuws.



Plaats een reactie