VICTORIA

Watch out a snake!
Dag 14 van de vakantie is opnieuw een reisdag. AGAIN! Maar goed… het heet niet voor niets een roadtrip.

Deze rit duurt ruim vier uur en brengt ons helemaal naar Victoria.
Victoria is de hoofdstad van de provincie British Columbia en ligt op het zuidelijke puntje van Vancouver Island. Het is een charmante stad waar Engelse invloeden en Canadese natuur samenkomen. De stad staat bekend om de historische gebouwen rond de Inner Harbour, het levendige havenleven met watervliegtuigen, walvisexcursies en natuurlijk de beroemde Butchart Gardens.

Voor we naar onze campground rijden, maken we eerst een stop bij de Butchart Gardens.

Net buiten Victoria ligt deze tuin, een van de bekendste bezienswaardigheden van Vancouver Island. Ooit was dit een oude kalksteengroeve, maar ruim honderd jaar geleden begon Jennie Butchart hier een tuin aan te leggen. Wat begon als een idee groeide uit tot 22 hectare aan prachtig aangelegde tuinen, kronkelende paden en vijvers.

Tijdens de wandeling gebeurt er iets waar Zeth panisch voor is.
Adriaan roept ineens: “Pas op, een slang!”
Zeth schrikt. Huh? Een slang? Hier?
Dat kan toch niet… het is hier zó sprookjesachtig, alsof slangen gewoon niet bestaan in deze omgeving.

Maar als hij zich omdraait, ziet hij ‘m.
Een echte.
Lang en glibberig.

“WHAAAAAA! A SNAAAKKEEEE!!!” roept Zeth terwijl hij een sprongetje achteruit maakt.

😂

Mensen om ons heen lopen rustig door, alsof er niks aan de hand is. Ze trekken zich er totaal niets van aan.

Een vrouw kijkt even op en zegt heel kalm:
“Oh, deze is niet giftig hoor!”

Volgens ChatGPT was het een gewone Amerikaanse kousenbandslang.
Oftewel… een tuinslang met een hartslag.

Na het bezoek aan de Butchart Gardens zijn we moe. Niet gewoon moe, maar kapot moe.

Bij aankomst op de Fort Victoria RV Campground worden we geweldig geholpen door de baliemedewerker. En het mooiste? We krijgen de informatie gewoon in het Nederlands! Hoe fijn is dat. Het zegt genoeg: hier komen veel Nederlanders.

We maken wat eten klaar in de camper en besluiten de avond rustig aan te doen.


Camping life vs luxueus borrelen
Dag 15 beginnen we de dag met een wandeling door Victoria zelf. De stad is niet groot en daardoor prima te voet te verkennen.

Onze eerste indruk? Het is inderdaad een charmant stadje. Alles speelt zich af rond de Inner Harbour, het hart van de stad. Het ademt gezelligheid: leuke boetiekjes, knusse terrasjes… kortom, de stad maakt waar wat ze belooft.

We lopen verder en maken een stop voor een koffietje bij Fisherman’s Wharf. Want hier moet je gewoon even geweest zijn.

Het is een kleurrijke plek vol eettentjes en wat het bijzonder maakt: de hele werf drijft op vlonders. Terwijl je rondloopt, voel je de lichte beweging van het water onder je voeten.

Niet te vergelijken met de Wharf in San Francisco, maar deze heeft zijn eigen charme. Kleiner, knusser en met dat drijvende karakter toch iets heel bijzonders.

Hoewel Victoria prima te voet te doen is, besluiten we de watertaxi te nemen terug naar de Inner Harbour. Gewoon voor de ervaring… en oké, misschien ook een beetje uit luiigheid. We zijn tenslotte al vijftien dagen intensief op pad.

Vanaf het water ziet de stad er ineens heel anders uit. Een mooi perspectief om deze charmante plek nog even in ons op te nemen.

Ons volgende doel: Het Royal British Columbia Museum waar natuur, geschiedenis en cultuur van British Columbia te zien is.
Het museum begint meteen indrukwekkend: in de hal staat de beroemde psychedelische Rolls-Royce van John Lennon.

In het museum zelf wandelen we langs levensgrote diorama’s. Bijvoorbeeld de mammoet, waar je oog in oog staat met een levensgrote reconstructie en leert hoe deze reuzen ooit leefden. Heel indrukwekkend!Ook de tentoonstelling over muziekgeschiedenis is een feestje: van oude instrumenten tot de invloed van muziek op de cultuur in British Columbia.

Ook de tentoonstelling over muziekgeschiedenis is een feestje: van oude instrumenten tot de invloed van muziek op de cultuur in British Columbia.

Als we alles bewonderd hebben in het museum, verlangen we naar iets lekkers. Even een borrel, iets luxueus. Waarom ook niet? We leven immers al vijftien dagen in een camper.

“Aad, jij hebt huiswerk gemaakt!” roept Zeth. “Dus jij weet wel welk hotel of bar the place to be is!”

The Empress, hét icoon van Victoria.

Zodra je ervoor staat, snap je meteen waarom iedereen het erover heeft. Een beeldbepalend hotel: met zijn torentjes, klimop tegen de muren en uitzicht op de haven straalt het pure grandeur uit.

Binnen hangt een sfeer van historie en klasse. Je voelt je even terug in de tijd, met overal zachte stoelen, hoge plafonds en een vleugje Britse elegantie. Dit is echt zo’n plek waar je gewoon even wilt zitten, iets bestellen en mensen kijken.

En dan zien we het op de kaart staan: Veuve Clicquot.

We hoeven niet verder te kijken. Dat is toch wel ons merkje geworden sinds ons bezoek aan Berlijn.

Dus ja… hier, in deze prachtige setting, proosten we op onze reis, het leven en ook een beetje op onszelf.

“Two Veuve Clicquot please”.




Plaats een reactie